vrijdag 30 april 2010

Tsavo en Diani Beach

Na alle goedbedoelde adviezen om vooral te blijven genieten hebben we het wachten op het oordeel van de rechter maar onderbroken met een weekje safari en kust. Omdat het merendeel in de familie na 7 maanden wel zin had in wat meer kermis en entertainment hebben we ons een paar dagen laten opsluiten in een beach resort aan de kust bij Mombasa en op de heenweg nog even Tsavo Nationaal Park aan te doen voor een safari.


Tsavo Nationaal Park is het grootste wildpark van Kenia (ongeveer 2/3 van de landoppervlakte van Nederland). Het park is beroemd om de 'rode' olifanten, rood door het stof en vooral om de Tsavo Maneaters. Dit zijn de leeuwen die ruim honderd jaar geleden ca. 130 werkers aan de spoorlijn van Mombasa-Nairobi opgepeuzeld hebben. De leeuwen waren extreem groot en hadden geen manen. Nog steeds hebben de leeuwen in Tsavo weinig manen en zijn ze volgens de overlevering bloeddorstiger dan de leeuwen in andere gebieden, omdat de smaak van mensenbloed nog in hun genen zit. Spannend! De safari was weer erg leuk, erg veel olifanten gezien. Felix zag overal apen, hij wees naar ieder dier en riep ‘aap’. Weer een paar nieuwe dieren, zoals de Oryx en de Gerenuk (girafgazelle) gezien en natuurlijk de nakomelingen van Maneaters zelf.

Wie is nu de enige echte man-eater?


Na Tsavo door naar de kust. De weg loopt door een prachtig landschap en de temperatuur richting kust loopt steeds verder op. De weg zelf wordt druk bereden door vrachtwagens met containers die vanuit de havenstad Mombasa richting Rwanda en Oeganda gaan. Onderweg was het oppassen geblazen, want vrachtwagens dulden bij het inhalen geen tegenliggers en geven met lichtsignalen aan dat je pas op de plaats moet maken; dat wil zeggen de berm in rijden.


Aan de kust hebben we kennis gemaakt met het massatoerisme; rondom Mombasa liggen de hagelwitte ‘bounty’stranden waar veel Europese toeristen zich vermaken in de vele beachresorts. In ons resort werden we zelfs aangesproken in het Duits, dan weet je wel waar we beland zijn. Bizar is het contrast tussen de weelde in de resorts en de Afrikaanse buitenwereld. Gelukkig is het laagseizoen aan de kust (vanwege de regenperiode) en was het heerlijk rustig op het resort. Vaak hadden we het zwembad alleen en konden we heerlijk genieten van het strand en de sterke branding. Felix vermaakte zich kostelijk in het water en charmeerde iedereen met zijn vrolijke lach, Floris overwon zijn diepwatervrees en smulde van het dagelijkse buffet en Stijn had lol met de andere vakantiegangers tijdens de dagelijkse animatie of speelde een spelletje met de beachboys (verkopers) op het strand. Kortom het gewenste vertier was volop aanwezig. Hoogtepunt was het boottochtje op zee over het koraal. De jongens vonden het fantastisch om door de glazen bodem de fraaie vissen en het koraal te bewonderen. Floris werd verliefd op een zeester en Stijn en Edo hebben nog gesnorkeld, maar na het zien van een zeeslang was het voor Stijn snel over.

Maar aan al dat genieten kwam weer een eind. Terug naar Nairobi hebben we het vliegtuig gepakt en waren met een uurtje weer thuis in Nairobi.




woensdag 14 april 2010

De coole auto (tjes)

Stijn en Floris vinden dat er 1 belangrijke foto ontbreekt op het blog, ze zijn namelijk in super coole autootjes geweest!

dinsdag 13 april 2010

Nairobi door een andere bril

Jammer, twee leuke weken bezoek van (o)pa en (o)ma zitten er weer op. En wat hebben we veel gedaan en gezien en nu voor ons weer eens door een andere bril. De eerste week gingen Stijn en Floris nog naar school en hadden allerlei feestjes en thema afsluitingen. Ze vonden het natuurlijk erg stoer dat niet alleen hun vader en moeder kwamen kijken maar ook opa en oma. De tweede week hebben we wat meer van Nairobi en omgeving bekeken.




Vooral de grote kloof tussen arm en rijk is indrukwekkend. De rijken leven in afgeschermde luxe compounds terwijl direct op straat iemand uit de sloppenwijk in een klein marktkraampje probeert zijn geld van ca 2 dollar per dag te verdienen. De grote luxe winkelcentra met op de hoek de markt waar onze kleren uit de zak van Max worden verkocht. Bij het ophalen van een kinderfeestje van Floris nog even lekker een wijntje drinken bij het zwembad van het feestvarken om vervolgens door een drukke sloppenwijk terug naar huis te rijden. De tegenstellingen in Kenia zijn groot en je wordt er dagelijks mee geconfronteerd, voor ons al een vertrouwd beeld, maar met gasten uit Nederland sta je er weer meer bij stil.





Natuurlijk mocht een bezoek aan de prachtige natuur en wilde dieren niet ontbreken. Tijdens een dagje safari in Nairobi National Park waren de dieren door het hoge gras moeilijk te spotten, maar bavianen die eten uit andermans auto jatten is zeer vermakelijk.



De familie is gek op bootje varen dus stond ook Lake Naivasha op het programma.
(O)pa en (o)ma waren in eerste instantie niet gerust op de degelijkheid van de aanlegsteiger maar de boottocht was prachtig. Geen drukke pleziervaart zoals op het Sneekermeer, alleen ons bootje, de nijlpaarden, pelikanen en de visarend die met prachtige duik zijn gebruikelijke show weggaf. De wandeltocht tussen de giraffen, zebra’s en gnoes op Cresent Island, een kraterrand in het meer, was fraai. En een ding is zeker, nooit meer zullen we klagen over de kwaliteit van de aanlegsteigers in de Friese Meren.




De vakantie in Nairobi eindigde met souvenirs jacht bij Village Market, waar we door de dikke schnitzel met Weissbier ons even in Oostenrijk waande. En een laatste bezoek down town, waar je ziet en voelt dat je in een stad bent met 4 miljoen mensen. Heerlijk mensen kijken op het busstation waar de matatu busjes als gekken om klanten schreeuwen, mensen naar binnen sleuren en weg racen.


En natuurlijk afscheid nemen blijft zwaar, voor de kinderen omdat ze opa en oma weer even moeten missen. En voor hun en ons het gevoel van “wij gaan nog niet naar huis nog ….”
Maar wat vinden we het fijn dat we het prachtige land van Felix met al zijn uitersten hebben kunnen delen.